De revolutie van de kwetsbaren

0 Flares 0 Flares ×

In de serie ‘Nieuw Licht’ volgen de interessante essays elkaar in hoog tempo op. Thijs Lijster heeft zich gebogen over Het communistisch manifest.

Tekst: Rogier van der Wal

Revolutie?
Thijs Lijster maakte naam met de mooie essays over cultuur in een onoverzichtelijke wereld die hij in 2016 publiceerde onder de titel De grote vlucht inwaarts. Nu is hem gevraagd het thema arbeid en arbeiders in de 21e eeuw eens onder de loep te nemen en daar een pamflet over te schrijven, met een lang tekstfragment van Marx en Engels als vertrekpunt. De klassieke vuist voorop het omslag roept verwachtingen op van verzet en revolutie, maar hadden we niet geconstateerd dat het marxisme voorgoed had afgedaan nu het kapitalisme van zijn scherpste randjes is ontdaan en zo goed als alomtegenwoordig is geworden? Toch geven Coen Simon en Frank Meester in hun vooraf geformuleerde vraag al aan dat de ongelijkheid tussen arm en rijk zeker niet minder is geworden, en dat internet en social media het praktisch en logistiek gezien ook veel gemakkelijker hebben gemaakt om verzet te organiseren en te orkestreren. Waarom zet De Revolutie dan toch nog niet door?

Lijster begint zijn antwoord met de kwestie van de klassenmaatschappij: is die verdwenen, of is dat te optimistisch gedacht? Is er eigenlijk nog wel klassenstrijd, en zo ja, hoe ziet die er dan uit? Door zijn verhaal heen vlecht Lijster het verhaal van zijn opa, een intelligente jongeman die op zijn veertiende z’n school moest afbreken om te gaan werken, in die tijd (begin 20e eeuw) heel gewoon. Opa werd arbeider en socialist, waardoor hij brak met zijn gereformeerde milieu. Na bijna vijftig dienstjaren mocht Arend Lijster uitrusten in de WAO, overigens tegen zijn zin, want hij had nog best even willen doorwerken.

Van proletariaat naar precariaat
Hoe anders is de situatie tegenwoordig. Arbeid heet nu human capital, we moeten investeren in onszelf en een leven lang leren, meegaan in de algehele economisering van het leven waar Michel Foucault al de vinger bij heeft gelegd. Tegelijkertijd is steeds meer arbeid niet meer productgericht, maar immaterieel, in projecten en diensten. Zoals Lijster schrijft: ‘Vroeger was het verboden om te kletsen tijdens het werk; tegenwoordig is kletsen ons werk.’ Voeg daarbij de adoratie voor creativiteit en de ‘creatieve klasse’ en de druk waaronder het onderwijs staat: we willen een kenniseconomie zijn, maar onder de docenten groeit onvrede en de werkdrukproblemen zijn nog lang niet opgelost. Aan de onderkant van de arbeidsmarkt kennen we nu een ‘precariaat’ in plaats van een proletariaat: mensen met een of meer slechtbetaalde flexbanen die er nauwelijks van kunnen rondkomen en de tijdelijke contracten nooit voorbijkomen. Onzekerheid is daar troef, zoals een tijdje terug ook door de WRR al eens is geconstateerd, en verworvenheden aan rechten en voorzieningen zijn de afgelopen decennia stukje bij beetje afgebroken.

En dan zijn er ook nog de invloeden van feminisering en robotisering. Tijd voor een nieuwe klassenstrijd? Maar wie zouden zich vandaag de dag dan moeten verenigen? Is het begrip ‘proletariaat’ nog bruikbaar? Lijster stelt dat het allereerst nodig is om nieuw klassenbewustzijn te smeden – waar zitten de gemeenschappelijke problemen en tegen wie kan men in opstand komen? Hij signaleert dat films ons daarbij kunnen helpen, in Hollywood is het thema klassenstrijd momenteel erg populair. En denk ook aan de films van Ken Loach: I, Daniel Blake en Sorry We Missed You.

Kwetsbaren aller landen, verenigt u!
Lijster roept ons op om ons te verenigen, tegen de dominante neoliberale en populistische stromingen in, en ervoor te strijden om weer collectief zeggenschap te krijgen over de hedendaagse productiemiddelen: kennis, informatie, sociale relaties, cultuur en creativiteit. Maar bijvoorbeeld ook op te komen voor zaken als een progressieve belastingheffing, een basisinkomen en gratis onderwijs. En voor woonzekerheid en een betekenisvol leven. Lijster bepleit wat hij ‘transversale actie’ noemt, een alliantie van verschillende belangengroepen (in Nederland nog vooral sectoraal zoals de boeren, de bouw en het onderwijs, maar in Frankrijk al meer gebundeld met de ‘gele hesjes’) en internationale solidariteit. Vandaar ook zijn oproep aan het slot: ‘Kwetsbaren aller landen, verenigt u!’ Een waardige afsluiting voor dit boeiende pamflet. Er hangt onmiskenbaar iets in de lucht. Nu nog zien of dit tot revolutie gaat leiden…


Verenigt u!

Thijs Lijster

Uitgeverij: Prometheus
Jaar: 2019

De geschiedenis is, aldus Karl Marx, geschiedenis van de klassenstrijd: de strijd tussen de klasse die bezit en de klasse die niets anders heeft dan zijn eigen arbeidskracht. In de Oudheid had je de patriciërs tegenover de plebejers en slaven, in de Middeleeuwen de heren tegenover de horigen, en na de val van het ancien régime de kapitalisten tegenover het proletariaat…


0 Flares Twitter 0 Facebook 0 Google+ 0 LinkedIn 0 0 Flares ×

Reageer