ADRIAAN KOERBAGH / EEN LICHT DAT SCHIJNT IN DUISTERE PLAATSEN

0 Flares 0 Flares ×

iFilosofie #8

Fragment uit de lezing door Miriam van Reijen bij de presentatie van Adriaan Koerbagh, Een licht dat schijnt in duistere plaatsen op 7 mei 2014

ISVW-iFilosofie #8 - Portret Miriam van Reijen-2Koerbach werd eind 1632 of begin 1633 geboren, Spinoza in 1632, net als de Dordtse graanhandelaar Willem van Blijenbergh, die verderop in dit verhaal nog voor komt. Het is ook het jaar dat Barleus het Atheneum Illustre in Amsterdam opende met een lofrede op de ‘mercator sapiens’, de wijze koopman, die ‘s morgens vóór de beurs om 11.00 uur opende eerst nog een paar uur colleges zou komen volgen.

In 1656 verruilt Koerbagh de universiteit van Utrecht waar hij filosofie heeft gestudeerd voor die van Leiden, waar hij theologie gaat studeren. Spinoza is in hetzelfde jaar koopman-af, niet alleen omdat hij door de Portugees –joodse gemeenschap in de ban wordt gedaan, maar ook omdat de handel in zuidvruchten die hij samen met zijn jongere broer dreef en Bento y Gabriel de Spinoza had genoemd, failliet was gegaan. Dat Spinoza zich, om onder de schuldeisers uit te komen, door het hof van Holland minderjarig had laten verklaren en een voogd toegewezen had gekregen, lijkt de meest waarschijnlijke reden voor de verstoting uit de Portugees- joodse gemeenschap.

In respectievelijk 1659 en 1661 promoveert Koerbagh in de geneeskunde en in de rechten. Spinoza heeft in diezelfde tijd in Amsterdam een nieuw beroep geleerd: lenzen slijpen voor telescopen en microscopen. En in de Latijnse School van Van den Enden (met wie ook Koerbagh bekend was) heeft hij Latijn geleerd, toneel gespeeld en waarschijnlijk Descartes en zeker een aantal klassieke auteurs gelezen. Waarschijnlijk leert hij Koerbagh in die tijd kennen. In 1661, als Koerbagh voor de tweede keer promoveert, woont Spinoza in Rijnsburg, en schrijft er zijn inleiding in de filosofie van Descartes. Deze wordt in 1663 onder de naam die hij als filosoof gaat gebruiken, Benedictus de Spinoza, in het Latijn uitgegeven en in 1664 in een Nederlandse vertaling. Koerbagh publiceert in 1664 zijn Woordenboek der rechten. Spinoza en Koerbagh ontmoeten elkaar en hun gemeenschappelijke vrienden in Amsterdam. Spinoza werkt zijn filosofie die hij in brieven ‘mijn Ethica’ noemt steeds verder uit, en Koerbach schrijft in die jaren twee boeken. Eén (Bloemhof) publiceert hij in 1668 en het andere (Een ligt) biedt hij in hetzelfde jaar aan de drukker aan, die het drukken echter al snel geschokt stopzet en het boek aan de justitiële autorteiten overhandigt. Koerbagh wordt gearresteerd en geeft toe dat hij Spinoza kent. Hij neemt echter de hele verantwoordelijkheid voor zijn opvattingen en voor zijn publicaties op zich. Zijn geschriften worden verboden en vernietigd, en na een ‘ketterproces’, zijn veroordeling en een jaar in het tuchthuis sterft hij in 1669.

ISVW-iFilosofie #8 - Een licht dat schijnt in duistere plaatsenSpinoza heeft in 1665 het werken aan zijn Ethica stopgezet en is aan het Theologisch-politiek traktaat begonnen. Waarschijnlijk heeft de heftige en door Spinoza afgebroken briefwisseling (in datzelfde jaar) met de calvinistische theoloog Willem van Blijenbergh over de vraag of god of de mens verantwoordelijk is voor het kwaad in de wereld, hem daartoe gebracht. Spinoza moet beseft hebben dat ‘zijn filosofie’ nog een brug te ver was. Hij moest eerst laten zien dat filosofie en theologie niet door elkaar gehaald moeten worden, omdat alleen de eerste over de waarheid gaat, en in de bijbel en in de theologie op een ‘oneigenlijke ofwel menselijke manier’ over god wordt gesproken. Spinoza publiceerde zijn Theologisch-politiek traktaat, waarin hij ook een radicaal pleidooi voor de onbeperkte vrijheid van meningsuiting houdt, in het Latijn en anoniem, in 1670. Het werd in 1674 door de Staten van Holland verboden. Spinoza had zich inmiddels al verzet tegen de publicatie van de Nederlandse vertaling die klaar lag. En hij besloot tijdens zijn leven geen ander werk meer te publiceren.

Hierin ligt waarschijnlijk al een deel van de verklaring waarom Spinoza relatief weinig problemen heeft gehad vanwege zijn filosofische opvattingen, – die inhoudelijk minstens even radicaal waren als de opvattingen van Koerbagh – , en Koerbagh deze met de dood moest bekopen. Spinoza schreef bewust in het Latijn, Koerbagh juist doelbewust in het Nederlands. Spinoza richtte zich tot de geletterden, Koerbagh tot het ‘gemene volk’. Spinoza publiceerde zijn bijbelkritiek anoniem, Koerbagh niet. Spinoza was bovendien al een buitenstaander, geen lid (meer) van een religieuze gemeenschap en ook geen christen, terwijl Koerbagh wel tot een kerkgenootschap behoorde, en zelfs een broer had met wie hij veel samen schreef en werkte, die actief was in de gereformeerde geloofsgemeenschap. Spinoza schreef een bijbelkritiek, maar richtte die op het Oude testament en de profeten, niet op het christendom en ook niet zo direct op de ei-gentijdse predikanten. Bovendien erkent Spinoza ook de positieve functie van de ‘ware religie’ en staat hij zeer welwillend tegenover de figuur van Jezus. En tot slot:Koerbagh houdt een pleidooi voor alle mogelijk genot als het hoogste goed, wat haaks staat op het calvinisme, terwijl Spinoza niet alleen in zijn Verhandeling over de verbetering van het verstand bestrijdt dat het nastreven van bezit, macht en lust ooit werkelijk gelukkig kan maken, maar ook de kennis van en de eenheid ervaren met god als het hoogste goed voorstelt. In de Ethica bepleit hij bovendien een ‘met mate genieten’, en dan ook nog van simpele dingen, zoals ook Epicurus vóór hem al deed.

Verschil en verwantschap tussen Spinoza’s en Koerbagh’s opvattingen

Hierboven zijn al een paar verschillen tussen Spinoza en Koerbagh gesignaleerd die wellicht te maken hadden met hun aanleg, persoonlijkheid of karakter, en ook met hun maatschappelijke positie in de 17e eeuwse Hollandse Republiek. Behalve het publiceren in het Latijn versus het Nederlands, is er ook een verschil in taalgebruik en schrijfstijl. Koerbagh schrijft polemisch, uitdagend, geërgerd en beschuldigend en hij spot met wat voor anderen heilig is. Zijn vergelijking van de bijbel met kinder- en volksboeken, fictie en met naam genoemde sprookjes wordt hem natuurlijk niet in dank afgenomen. Hij noemt de bijbel net zo’n verhaal als Moeder de Gans, Tijl Uilenspiegel. Spinoza neemt de bijbel serieus, niet als een wetenschappelijke of filosofische publicatie die ware kennis bevat, maar wel als een boek waarin de boodschap van naastenliefde en gerechtigheid op een manier is verwoord die de oprecht gelovige tot een gedrag én een gelukzaligheid kan brengen die dat van de wijze mens praktisch evenaart. Hij kent de ware religie, die verdraagzaam is, een positieve functie toe in de staat, omdat ze de oprecht gelovigen ook leert te gehoorzamen en andersdenkenden te verdragen.

0 Flares Twitter 0 Facebook 0 Google+ 0 LinkedIn 0 0 Flares ×

Related Posts

COVER.EINDEGEZEUR.D

Vers van de pers: ‘Filosoferen maakt een eind aan al het gezeur’

Vers van de pers: ‘Filosoferen maakt een eind aan al het gezeur’

ethica van buuren

Van Buurens Ethica: ontsluiering of versluiering van Spinoza?

Reageer